Plantensoorten hooilandje Vogelwacht rijk maar stabiel

27 oktober 2008
Plantensoorten hooilandje Vogelwacht rijk maar stabiel

PAPENDRECHT - Het aantal planten op het blauwgraslandje van de Natuur- en Vogelwacht ‘De Alblasserwaard’ (NVWA) neemt nog steeds toe en bedraagt nu ruim 50 soorten.  Twee maal maaien per jaar heeft een grote verscheidenheid aan planten opgeleverd, maar verschralen is een kwestie van een lange adem.

In maart 2000 werden het Streeknatuurcentrum Alblasserwaard en de aangrenzende heemtuin geopend. In de leertuin bevinden zich vele leefgemeenschappen als paddenpoel, pestbosje, een vleermuisonderkomen en ook een hooilandje zoals deze in de Alblasserwaard op enkele locaties voorkomt. In de heemtuin (2500 m2) bevindt zich een weilandje en een hooilandje waarvan de rijke bovenlaag 30 cm is afgehaald. Deze eerste aanzet tot verschraling in combinatie met een hoge waterstand kan tot een grote verscheidenheid aan plantensoorten leiden. De vrijwilligers van de NVWA maaien tweemaal per jaar (in juli en in sept/okt) en verwijderen het maaisel van het hooilandje om te voorkomen dat het landje te veel voedsel krijgt. Maaisel dat blijft liggen is een vorm van bemesting. Voedselarme omstandigheden voor planten leveren de grootste verscheidenheid aan soorten op. Nu al vormen soorten als Kale jonker, Echte koekoeksbloem, Pinksterbloem en Egelboterbloem een kleurrijk geheel, dat weer insecten libellen en vlinders aantrekt.
Sinds 2000 is het landje 18 keer gemaaid en elk jaar voerde de Plantenwerkgroep van de NVWA in juli een inventarisatie uit. Sindsdien zijn er ruim 85 soorten planten gesignaleerd, waarvan er elk jaar een aantal terugkwam. In de eerste jaren schommelde het aantal rond de 40 soorten en twee jaar geleden werden er voor het eerst 50 soorten geteld. Dit jaar lag het aantal op 54 soorten.

Bram van Vliet van de Plantenwerkgroep noemt het resultaat bemoedigend en stabiel. “Het is een kwestie van een lange adem. De grond voedselrijk maken is met een zak kunstmest zo gebeurd, maar verschralen duurt nu eenmaal jaren”, aldus de plantencoördinator. Hij bijzonder te spreken over de Blauwe Zegge die zich goed handhaaft en de Geelgroene Zegge die op niet al te voedselrijke grond voorkomt.
De verwachting is dat het aantal soorten de komende jaren langzaam zal toenemen. Bovendien is er twee jaar geleden een greppel om het hooilandje gegraven om oprukkende soorten vanaf de wandelpaden en het aangrenzende weilandje, dat niet is afgeplagd, te voorkomen.
De vrijwilligers hebben onlangs het landje weer gemaaid zodat het ‘arm’ en met voldoende water de winter tegemoet kan zien. Wie het resultaat wil bekijken moet natuurlijk in mei en juni de tuin in, maar dat wil niet zeggen dat een bezoek aan het SNCA en de heemtuin in de herfst en de winter niet de moeite waard is. Het SNCA ligt aan de Matenaweg 1 te Papendrecht aan het Westeinde nabij het Alblasserbos. Voor meer informatie kunt u de website www.nvwa.nl bezoeken.
 

Gerelateerde wijken:
Gerelateerde straten:
Meer over:
Cookies

Deze website gebruikt noodzakelijke cookies voor een correcte werking en analytische cookies (geanonimiseerd) om de statistieken van de website bij te houden. Marketing cookies zijn nodig voor laden van externe content, zoals YouTube-video's of widgets van Sociale Media. Zie ons cookiebeleid voor meer informatie, of om je instellingen later aan te passen.