Gegronde twijfels
Vlak vóór de kerst kwam er zomaar een berichtje tussendoor. Bijna als een cadeautje. De met pfoa vervuilde grond mag, als deze tenminste niet te zwaar verontreinigd is, worden vervoerd en opgeslagen. Een verademing voor vele bouwprojecten in de regio. Als voorbeelden voor de opslag van de grond worden genoemd Julianahaven Recycling in Dordrecht, Grondbank Combinatie Uilenvlietsehaven in Heerjansdam en De Rivierendriesprong in Papendrecht.
Uit het bericht wordt duidelijk dat het om een voorlopige maatregel gaat. Voor definitieve regels, over wat te doen met de met pfoa vervuilde grond, wordt momenteel onderzoek gedaan dat “in het voorjaar van 2018, mogelijk zelfs eerder” tot meer duidelijkheid moet leiden.
Eerder dan het voorjaar van 2018? Da’s dus vanaf volgende week…!
Mijn eerste reactie op dit bericht was: waar komt dit nu weer vandaan? Ik heb twee weken daarvóór op de website van de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid eenzelfde bericht gezien. Navraag bij de nieuwsredactie leert dat men het bericht heeft overgenomen vanuit de gemeentelijke website van Dordrecht.
Eerste vraag is waarom een dergelijk bericht niet ook op de website van de gemeente Papendrecht is geplaatst? Het uitgelichte tabblad met betrekking tot het dossier Chemours/DuPont leent zich daar prima voor. Ik ga er maar vanuit dat de gemeente een zelfde overweging heeft gemaakt als ik na lezing van het eerdere bericht van de Omgevingsdienst: waarom aandacht geven aan de mogelijkheid verontreinigde grond op te slaan aan de Noordhoek 35…?! Genoeg gegronde twijfels om dat niet te doen. Wel jammer dat we als raadsleden hierover niet (vertrouwelijk) geïnformeerd zijn door de wethouder.
Maar goed. Door de ijverige nieuwsredactie ligt het nieuws nu toch op straat. En kan ik niet anders dan in de pen klimmen. Andere belangrijke vraag is namelijk: wat bezielt de Omgevingsdienst om bij wijze van voorbeeld het bedrijf in Papendrecht als grondbank voor de met pfoa-vervuilde grond te noemen in haar shortlist? Dezelfde Omgevingsdienst heeft in het recente verleden toch behoorlijke gegronde twijfels gehad bij de activiteiten van het bedrijf, zeker rond de puinbreker. En de gemeente Papendrecht is door het bedrijf een miljoenenclaim in het vooruitzicht gesteld! Gezien de staat van dienst van het bedrijf en haar relatie met het bevoegde gezag kun je toch gegronde twijfels hebben bij het aanwijzen van juist dit bedrijf voor de opslag en verwerking van de met pfoa vervuilde grond.
Gegronde twijfels ook ten aanzien van de Omgevingsdienst zelf. Vooral rond de controle en handhaving van bedrijven als De Rivierendriesprong is in het verleden niet zelden alles op de automatische piloot gegaan: te weinig en vooraf aangekondigde controles. Van de controletaak rond de vergunningverlening aan Chemours is men bovendien terecht sinds 1 juli 2017 afgehaald: dit wordt nu vanuit een betere scheiding van diverse taken in de beleidsketen (zoals vergunningverlening en handhaving) door de DCMR uitgevoerd.
Laten we hopen dat het nieuwsbericht – en mogelijk ook deze column naar aanleiding daarvan – de overheidsinstellingen extra waakzaam maakt. Voor mij hoeft er überhaupt geen vervuilde grond te worden opgeslagen in Papendrecht. En als het dan toch niet anders kan: graag goed gecontroleerd! Gegronde twijfels roepen om extra waakzaamheid. En zo hier en daar wat onaangekondigde controles bij bedrijven die verder gaan dan alleen de administratie bekijken. Grondmonsters nemen dus! En niet wachten tot de grond een toekomstig monster wordt. Bijna niemand heeft er immers baat bij als we over een aantal jaren dezelfde (of door vermenging nog ernstiger) vervuilde grond tegenkomen bij allerlei ophoog-projecten, ook buiten de regio.
Bron afbeeldingen: Website OZHZ.