Raadsleden laten zich informeren over kosten nieuwbouw VO-scholen
PAPENDRECHT - Twee weken geleden is het haalbaarheidsonderzoek gepresenteerd voor toekomstige huisvesting van het voortgezet onderwijs in Papendrecht. Hierbij is gekeken of het financieel haalbaar is om nieuwbouw te plegen en een grote renovatie uit te voeren.
Op dinsdagavond 22 februari werd de uitkomst van het haalbaarheidsonderzoek tijdens een commissievergadering toegelicht door een Rein-Aart van Vugt, een adviseur met veel expertise op het terrein van gemeentefinanciën en werkzaam voor Deloitte. Overigens woont hij in Papendrecht en is dus bekend met de Papendrechtse situatie.
Van Vugt gaf eerst een presentatie, waarin hij aangaf dat de financiën van de gemeente momenteel goed op orde zijn. Zeker ook vergeleken met andere gemeenten in Nederland. Dit komt niet alleen door de bezuinigingsoperatie die vorig jaar is ingezet, maar ook omdat de reserves flink zijn toegenomen. De reserves zijn sinds 2014 gestegen met 42 miljoen euro. Hiervan is 22,1 miljoen euro afkomstig uit de verkoop van Ececo aandelen.
Om de nieuwbouw van de beide scholen mogelijk te maken, zal een groot deel van deze reserves gebruikt moeten worden. Er blijft dan nog 18 miljoen euro over, dat ingezet kan worden voor andere projecten.
Van Vugt gaf aan dat het bedrag van 90 miljoen euro weliswaar een hoog bedrag is voor de gemeente, maar dat dit ook wel logisch is, omdat er nu tegelijkertijd twee grote scholen gebouwd moeten worden. Normaliter zou dit meer door de tijd heen verspreid worden.
Een grootschalige renovatie is uiteraard ook mogelijk en zou ongeveer een miljoen euro per jaar schelen in de begroting. Echter voldoen de gebouwen dan alleen aan lage eisen en is de indeling niet optimaal. Bovendien moet er dan over ongeveer 25 jaar alsnog nieuwbouw gepleegd worden.
De gemeenteraad heeft in het verleden afgesproken dat:
1) De OZB niet verder mag stijgen dan de inflatie
2) De Ececo-gelden aan heel Papendrecht tegoed moeten komen
3) De afschrijving van gebouwen maximaal 40 jaar is
Maar van deze afspraken zijn niet langer houdbaar, als men graag nieuwbouw van beide scholen wil.
Van Vugt gaf aan dat nieuwbouw van scholen zeker wel 60 jaar kunnen meegaan, dus het is heel gebruikelijk dat een afschrijving in 60 jaar plaatsvindt. Dat is ook het geval in vrijwel alle andere gemeenten in Nederland. Dus het derde punt is niet echt een struikelblok meer.
De andere twee punten vormen dus nog wel een punt van discussie, waar Van Vugt verder geen mening over gaf, aangezien dit een politieke discussie gaat worden. En dat is straks aan de nieuwe gemeenteraad.
